Naar Torp geweest, uitgevonden hoe de parkeermeter werkt en de vrouw op het vliegtuig gezet.
Enigszins onwennig weer terug naar “huis”gereden. Onderweg wilde ik wat drinken, dus ik draai aan het dopje van het, door Col zo zorgvuldig gemaakte, flesje drinken, wil het oppakken en knijp het helemaal in elkaar. Door de zon was het zo warm geworden, dat het plastic flesje helemaal zacht was geworden. Doordat ik het op wil pakken, knijp ik het dus plat, waardoor het zo zorgvuldig aangelengde plakspul nu overal zit: de handrem, pook etc. en mijn handen natuurlijk, dus ook het stuur en alles wat je tijdens het rijden met een auto maar aanraakt, het zit na verloop van tijd allemaal onder. Enigszins verhit (op wie ben ik nou eigenlijk kwaad?) besluit ik dan maar niks te drinken, dat zal dat flesje leren !
De fotocamera, die we heel de week de hemel in hebben zitten prijzen, besluit er ook mee op te houden. En als ik thuis kom, blijkt onze nieuwe plant al zijn bloemetjes te zijn verloren, nou is dat nog het minst erge, want ik had het toch al niet zo op die stinkerd. Maar goed het oogt zo rottig, al die blaadjes in een kringetje op de grond, alsof ie het wist.

Van pure ellende maar om 11 uur mijn mandje ingerold en nog wat gelezen. Wel een spannend boek, maar ja, Dirk Pitt kan ik nu ondertussen wel dromen.
Zondag 8 juni,
Zondag ochtend om 7,30 het mandje weer uitgerold, uit pure verveling eerst maar de pc opgestart, en ja hoor, broerlief is online. Vanwege enige opstart problemen durfde hij de pc niet meer uit te zetten, dus eerst maar voorzichtig een berichtje gestuurd, maar nee hoor, hij was echt al wakker.
Na de koffie en een bammetje lekker aan de radiografisch bestuurbare autootjes gaan knutselen. Het was wederom een prachtige dag, wel heel rustig, want ondanks het gegeven, dat het dan buitenmensen zijn (want ze blijven rustig tot drie uur buiten zitten op zaterdagavond), zijn het dan weer géén vroegertjes op de zondag. Om 10 uur kwamen de eerste tekenen van leven pas en zelfs dàt met gepaste traagheid.
Lekker bezig kunnen blijven de hele dag, af en toe skypt er eens iemand. Ik heb heel de familie gehad, want hij is toch zo zielig alleen daar in het hoge koude noorden, echt niet. Niks koud en hartstikke druk. Maar goed, eind van de middag stond de DF03 buggy met brushless drive toch mooi klaar om een proefrondje te maken. Gunnar, de nieuwe overbuurman vond het geweldig, en als echte techneuten hebben we even de technische details doorgenomen, Ondanks dat het dan geen ethanol was, vond ie het toch wel leuk.
Tussen alle bedrijven door toch nog kans gezien om twee wasjes te draaien, te drogen en een bordje met pasta te maken. Na een lekkere frisse douche heb ik een appeltje geschild en mijn bammetjes gesmeerd. Op tijd het mandje in, want morgen moet ik weer werken.
De eerste werkweek
De weg via Laget wordt m’n favoriet.
Het zijn de avonden die het zo spannend maken. Ik maak kennis met al mijn buren en dan vooral de mannen natuurlijk. Gunnar, de technisch chef bij Bosvik in Risør, Kenneth zit bij de brandweer, Richard is leraar en doet vertaalwerk en Ruhne moet nog even loskomen, maar is wel heel behulpzaam en vriendelijk.
De bosbrand in Froland-kommune, een paar 100 km van Tvedestrand, houdt deze week de gemoederen hier nogal bezig, nooit eerder heeft het over zo’n grote oppervlakte gebrand. Aangezien Kenneth bij de brandweer zit moet ie donderdags ook naar Mykland om te helpen blussen.
Na een paar avonden bestraald eten te hebben genuttigd uit de overigens ouderwetse opwarm-magnetron, besluit ik om ’s woensdag mijn eerste avondmaal te prepareren. Ik probeer direct te skypen, maar zoals gebruikelijk is er nooit iemand te vinden als je werkelijk wat te melden hebt. Ik besluit het dan maar vast te leggen op beeldmateriaal. Vooral ook omdat niemand anders geloofd dat ik dat zelf heb gemaakt! Of het nou de trots is of toeval, het smaakt in ieder geval best. Voldaan en voor het eerst in dagen ga ik, na een bakje ijs, eens even lekker uitbuiken op de bank.
Natuurlijk moet ook mijn huishouden draaiende blijven en zo was ik eens een wasje, stop de boel vervolgens in de droger en haal mijn boodschappen. Ik probeer daarbij alle supermarkten uit: de Rema1000 (“rematusen”), de Coop, de Kiwi en de Meny (voor de wat meer bijzondere producten). Ook worden door mij met een bezoekje verblijd, de Europris (een radio voor op het werk), Princess (rolgordijntjes), Euronics (een kacheltje voor de wat killere avonden), de Monter (een bouwmarkt ,voor schrikbarend dure schroefjes) en de Felleskjøpet (handveger en blik, bladhark, enz.).
Na zo’n eerste week komen de woordjes ook al een aardig eind in de richting. Hoewel er op het werk veel Engels wordt gesproken (dat moeten ze daar leren!!) gaat de eerste arbeidsmøte (werkoverleg) natuurlijk grotendeels in het Noors. En ik moet zeggen, ik kan het aardig volgen!! Zeker als de jongens, in het Engels, even de ontbrekende delen aanvullen, krijg ik een goed plaatje waar de møte over ging. Ja, ja, ik leer het wel. Zeker ook de gesprekken met de buurtjes in het Noors helpen me goed op weg om een goed ingeburgerde Nedernoor te worden.
Wordt vervolgd……………………
De bosbrand in Froland-kommune, een paar 100 km van Tvedestrand, houdt deze week de gemoederen hier nogal bezig, nooit eerder heeft het over zo’n grote oppervlakte gebrand. Aangezien Kenneth bij de brandweer zit moet ie donderdags ook naar Mykland om te helpen blussen.
Na een paar avonden bestraald eten te hebben genuttigd uit de overigens ouderwetse opwarm-magnetron, besluit ik om ’s woensdag mijn eerste avondmaal te prepareren. Ik probeer direct te skypen, maar zoals gebruikelijk is er nooit iemand te vinden als je werkelijk wat te melden hebt. Ik besluit het dan maar vast te leggen op beeldmateriaal. Vooral ook omdat niemand anders geloofd dat ik dat zelf heb gemaakt! Of het nou de trots is of toeval, het smaakt in ieder geval best. Voldaan en voor het eerst in dagen ga ik, na een bakje ijs, eens even lekker uitbuiken op de bank.

Na zo’n eerste week komen de woordjes ook al een aardig eind in de richting. Hoewel er op het werk veel Engels wordt gesproken (dat moeten ze daar leren!!) gaat de eerste arbeidsmøte (werkoverleg) natuurlijk grotendeels in het Noors. En ik moet zeggen, ik kan het aardig volgen!! Zeker als de jongens, in het Engels, even de ontbrekende delen aanvullen, krijg ik een goed plaatje waar de møte over ging. Ja, ja, ik leer het wel. Zeker ook de gesprekken met de buurtjes in het Noors helpen me goed op weg om een goed ingeburgerde Nedernoor te worden.
Wordt vervolgd……………………